Code Trilogie - Code van Materie en Geest
Door Dr Patrick Quanten
De mensheid – of moet ik zeggen, de wetenschappelijke gemeenschap van het menselijke ras? – weet nu dat alles wat we kunnen waarnemen in onze wereld, in ons universum, eigenlijk energie is. Alle materie wordt gevormd uit energie, is gebouwd en functioneert uit energie. Alles vibreert. Het leven vibreert. Evolutie is vibratie. Het is allemaal eigenlijk een voortdurende golfbeweging, waarvan een deel waargenomen kan worden als materie. In dat opzicht is er geen verschil tussen jij, die een steen waarneemt als het harde centrum van en energieveld, en een nucleaire fysicus, die een atoom waarneemt als het harde centrum van een energieveld. Het is in beide gevallen een mens die kijkt vanuit een materieel kader, zijn eigen lichaam, en gebruik maakt van materiële middelen, zijn vijf zintuigen, om een uitdrukking van energie waar te nemen. Hoe ontstaat materie dan binnen een energetisch veld?
Vanuit de wetenschap weten we dat materie eigenlijk samengedrukte energie is. Met andere woorden, de verdichting van energie wordt dusdanig dat het voldoende verhard is om samen te klitten en "klonters" te vormen. Deze verharding is het resultaat van de energie die samengedrukt wordt, en dat kan verkregen worden door het verhogen van de druk van het veld en/of door de temperatuur van het veld te verlagen. Visualiseer dit eenvoudig als de verharding van water in ijs ten gevolge van het verlagen van de temperatuur, en de vorming van waterdruppels in een wolk ten gevolgde van het verhogen van de druk in de wolk. De dualiteit van licht, wat onze wetenschappers een hele tijd heeft bezig gehouden, houdt ook verband met dit principe. Het zichtbare licht gedraagt zich soms als een golf en soms als een deeltje. Een golfpatroon betekent dat er geen substantie in licht zit en een deeltjespatroon betekent dat een lichtstraal een gebied van lichtdeeltjes is, fotonen genoemd. Hoe kan licht tegelijkertijd materie en niet-materie zijn? Om dezelfde reden waarom jij tegelijkertijd materie en niet-materie bent! Alles wat materie is, of een materiële vorm heeft, is beiden tegelijkertijd. Wat wij als menselijke wezens waarnemen van visueel licht is een straal van deeltjes; we "zien" de golf niet, alhoewel ze bestaat en aangetoond kan worden.
We weten ook hoe we van de energetische toestand naar de materiële toestand komen. De schepping van ons universum begint vanuit één Bron, het Begin, de Big Bang als je wil. Hieruit spreidt een energieveld zich naar buiten uit en incorporeert drie soorten krachten, die onze wetenschappers de elektromagnetische kracht (energie), de sterke kracht (cohesie) en de zwakke kracht (straling) genoemd hebben en die in de Vedische Wetenschap beschreven worden als het principe van energie, het principe van cohesie en het principe van straling, en die door de Bijbel de Vader, de Zoon en de Heilige Geest worden genoemd. Deze drie krachten brengen de vijf elementen (ether, lucht, vuur, water en aarde) tot stand wanneer de energie "zwaarder" wordt, wanneer de schepping zich in algemene termen naar materie toe beweegt. Uiteindelijk verschijnen uit de vijf elementen zeven weefsels, die de echte materialisatie van energie vertegenwoordigen. Deze zeven "weefsels" verwijzen naar zeven lagen van waaruit alle materie, groot en klein, geschapen werd. Dit betekent dat deze lagen de basissamenstelling van een atoom zijn, maar ook van het zonnestelsel, de aarde en elk "deeltje" van het hele universum.
We weten dat zelfs in het energieveld zelf de structuur van zeven lagen bestaat. We hebben problemen om de zeven lagen terug te vinden binnen het elektromagnetisch spectrum, maar het is zeker herkenbaar binnen het spectrum van het zichtbare licht, dat zelf een deel van het elektromagnetische spectrum is. We hebben zeven kleuren gezien binnen het zichtbare licht. Elk hiervan is samengesteld uit dezelfde zeven kleuren, maar in andere proporties. Ayurveda leert dat deze zeven lagen gecreëerd worden als de druk binnen het veld verhoogt en de energie laag per laag wordt samengedrukt, meer en meer compacter wordt. De volgende laag wordt gecreëerd uit de vorige. De zeven lagen vormen een eenheid en verdere verdichting van het veld resulteert in een achtste laag, die uit de zevende laag komt, maar deze blijkt "hetzelfde" te zijn als de eerste laag alleen "zwaarder". "Hetzelfde" betekent dat ze dezelfde energie heeft, dezelfde kwaliteiten als de eerste laag maar omdat het energieveld nog meer samengedrukt werd is deze "zelfde" energie nu zwaarder, compacter. We herkennen dit systeem in de muziek waar er enkel zeven verschillende noten zijn. Verlaag je de frequentie, dan ga je doorheen de verschillende zeven noten en eindig je in rij acht met "dezelfde" noot dan waarmee je begon maar een octaaf lager. Dit betekent dat de nieuwe noot dezelfde "kwaliteit" heeft maar slechts de helft van de frequentie van de originele noot. De frequentie van de vibratie werd gehalveerd. Dit resulteert in een nieuwe, verschillende manifestatie ondanks dat het dezelfde energie is. En dit is de schepping in actie; zoals het groot is, zo is het klein. De lay-out van de schepping kan gevonden worden in de macro-wereld maar kan ook aangetoond worden in de micro-wereld.
Een andere vibratie, andere frequenties, bevatten andere informatie. En weer, in de muziek betekenen de verschillende noten essentieel verschillende dingen; ze hebben een ander effect op ons. Zo ook levert dezelfde noot, dezelfde informatie, in andere octaven een gevarieerde boodschap, een ander aspect van dezelfde boodschap, aan ons. Op gelijkaardige wijze hebben de verschillende kleuren van het lichtspectrum een ander effect op ons, zoals in oude teksten beschreven wordt. We vinden ook heel veel bewijs dat aantoont hoe een brede waaier aan culturen kleuren gebruikt hebben om specifieke reacties bij individuen op te roepen; tegenwoordig staat dit bekend als kleurtherapie. Door de kennis over de verschillende kleuren en hun verband met de zeven verschillende chakra's te combineren met de kennis van de energetische informatie waar elke chakra hoofdzakelijk verantwoordelijk voor is, kunnen we een beknopte lijst opmaken van het verband van soorten informatie met kleuren die deze informatie vertegenwoordigen. Tegelijkertijd kunnen we deze zeven lagen nummeren en we hebben ervoor gekozen om het nummeringsysteem uit de oudheid te gebruiken dat overeenkomt met het spectrum van de regenboog, dat identiek is (grappig niet!!) met de chakranummering.
- Rood – informatie over vorm (stabiel en flexibel)
- Oranje – informatie over beweging (aantrekking en afstoting)
- Geel – informatie over emotie en kracht (inwendige kracht en wilskracht)
- Groen – informatie over evenwicht (geven en nemen)
- Blauw – informatie over communicatie (luisteren en praten)
- Indigo – informatie over bewustzijn en besef (intuïtie en inzicht)
- Violet – informatie over kennis (denken en actie, zijn en doen)
De energetische code voor de schepping van een mens is 7-5-2-6-4-1-3, zoals besproken in De Code van de Schepping, wanneer frequentie 7 zich ontwikkelt op Dag 6 van de Schepping, wat het tijdstip is waarop de mens verschijnt. Elke laag ontstaat uit de vorige en heeft een meer dichtere consistentie. Ayurveda benoemt deze lagen van de minst compacte tot de meest compacte als sappen (huid), bloed, spier, vet, bot, zenuwen (beenmerg) en zaad. Deze namen vertegenwoordigen kwaliteiten die het best beschreven kunnen worden, voor mensen, in termen van "weefsels" die herkenbaar en bekend zijn. Daarom gebruikt men namen van lichaamsweefsels om de verschillende weefsellagen, die geschapen worden in de materiële uitdrukking van de schepping, aan te duiden. Verwar dit niet met de echte materie van bot, vet en spier!
Deze code vertelt ons dat de distributie van de informatielagen in het energetische veld van de mens als volgt is, van de lichtste van alle zeven lagen door tot de zwaarste:
7. Kennis
5. Communicatie
2. Beweging
6. Bewustzijn
4. Evenwicht
1. Vorm
3. Persoonlijke kracht
Vanuit het zaad van dit energetisch veld met zeven lagen begint de materialisatie van de zeven lagen in alle ernst. Het zal de samenstelling van het zaad volgen; het zal de code van de specifieke laag, die het zaad is binnen deze structuur, volgen en in het geval van de mens is dit nummer drie. De scheppingscode voor 3, wat het zaad blijft, is 1-4-6-2-5-7, en dit brengt ons terug bij 3 maar in een andere "octaaf", noem het 3'. Waarbij 3 het zaad in de materiële mens is en 1 wordt het water, 4 de bloedlaag, 6 het spierweefsel, 2 het vetweefsel, 5 het botweefsel en 7 het beenmerg en zenuwweefsel.
Met betrekking tot de vorming van het menselijke lichaam kunnen we deze code als volgt lezen. Het water die zorgt voor de vorm (1) van de mens is de eerste indicatie dat er een afzonderlijke mens gemaakt wordt. De tweede fase is de bloedlaag, die zorgt voor evenwicht (4) tussen geven, voedsel leveren, en nemen, afvalproducten verwijderen. Ten derde drukt het spierweefsel het menselijke bewustzijn (6) uit, wat betekent dat we ons bewust zijn van de meeste dingen door middel van onze zachte weefsels. Dat is waar we de meeste dingen "voelen". De vierde laag in de materiële schepping van de mens omvat bewegingsinformatie (2) en die zit in het vetweefsel. Vet slaat de energie op die de beweging aanstuurt, die verandering in het lichaam in gang zet. Ofwel stapelen we er dingen in op ofwel gebruiken we het om alles in ons leven aan te drijven. De vijfde laag drukt communicatie-informatie (5) uit in het botweefsel. De manier waarop het lichaam gevormd is en stevig opgebouwd is geeft informatie over wie die persoon is. Oosterse medische systemen hebben altijd al gewezen op de integratie van lichamelijke aspecten en geestestoestanden en ze benoemen verschillende lichaamsvormen als verschillende lichaams- of constitutionele types. En de laatste laag, het zaad (3) uitgezonderd, bevat kennisinformatie (7) in het zenuwweefsel. Dit geeft de volgende opsomming van informatie die in de bouw van het lichaam zit:
- Huid en water is afgescheiden menselijk "weefsel" van de buitenwereld (eerste tekenen van de foetus als afgescheiden van het moederweefsel) en vormt een nieuw menselijk wezen.
- Bloed houdt het evenwicht van het leven binnen dat nieuwe mensje.
- Spieren zijn het weefsel waardoor we ons bewust zijn van veranderingen in onze binnenwereld en onze buitenwereld.
- Vet maakt alle beweging van de nieuwe mens mogelijk; het brengt leven in de nieuwe mens.
- Botten communiceren met en reageren op de buitenwereld; de botstructuur van de nieuwe mens toont hoe de boodschappen van de buitenwereld ontvangen werden en opgetekend werden in harde materie.
- Het zenuwweefsel slaat de kennis die de nieuwe mens verkrijgt op.
- Het zaadweefsel vertegenwoordigt de persoonlijke kracht van de nieuwe mens.
En dat is waar jouw lichaam uit opgebouwd is!
Maar, je bent meer dan je lichaam! Je bent een energetisch wezen. Je hebt een geest. Je hebt een niet-materieel deel. Niet alles wordt uitgedrukt in de materie die jouw lichaam is. Eigenlijk, alvorens iets zich manifesteert in het materiële deel van wie jij bent moet het gedurende lange tijd aanwezig zijn geweest in het energetische veld. Het is alleen de constante aanwezigheid van een bepaald soort energie, van een specifieke soort informatie, die de tijd moet krijgen om zo samengedrukt te worden, zo dicht te worden, om te kunnen manifesteren. Ondertussen kan een deel van die energie aanwezig zijn zonder zich in jouw lichaamsweefsels te vertonen. Hoe communiceert jouw geest dan met de weefsels?
Tot besluit kunnen we zeggen dat de schepping van de mens, de zesde laag binnen de schepping van het universum, een zevenlagige energetische structuur heeft van waaruit een zevenlagige fysieke vorm tevoorschijn komt. De frequenties van de “geest” kunnen weer teruggevonden worden als uitdrukking in een specifiek type van lichaamsweefsel. Veranderingen in die frequenties wijzigen het energetisch evenwicht van een persoon. Beide functies, geest en lichaam, wijzigen en uiteindelijk wordt het anders functioneren van de lichaamsweefsels een feit.
Weten hoe iets gemaakt werd helpt veel in het begrijpen van potentiële problemen die zich kunnen voordoen wanneer de dingen niet zo vlot functioneren als we zouden verwachten. Hier moeten we ons op de eerste plaats realiseren dat geen enkel slecht functioneren van het lichaam ooit begrepen of rechtgezet kan worden door naar het lichaam en zijn weefsels te kijken. Enkel een energetische benadering kan ons eventueel een inzicht geven. Hiervoor moeten we de samenstelling van de verschillende weefsellagen begrijpen en welke soort informatie uitgedrukt wordt in welke weefsels.
De “structuur” en functie van het menselijke lichaam, of als je wil, anatomie en fysiologie, moet herbekeken en teruggefloten worden. Enkel door de stroom van energetische informatie te volgen, helemaal tot in de weefsels, kunnen we beginnen te begrijpen wie we zijn en waarom we functioneren zoals we doen.
Augustus 2012
Bijgewerkt Februari 2016