School van het Leven: Welke klas volg jij?
Door Patrick Quanten
De natuur, het hele universum, loopt volgens eenvoudige lijnen en herhaalt zich steeds opnieuw. Deze lijnen, wetten, hebben zelfs een wiskundige basis. Het cijfer zeven staat centraal in deze zich herhalende structuur. Het hele universum werd in zeven dagen geschapen. Het lichtspectrum bevat zeven verschillende kleuren. Zelfs het aantal weefsels waaruit alle planten, dieren en mensen opgebouwd zijn is zeven; zeven verschillende densiteiten van weefsels. In alles zijn er zeven lagen en elk van deze lagen is opnieuw onderverdeeld in zeven lagen, waarbij elk van hen zich opsplitst in zeven, enzovoorts, enzovoorts. De basisinformatie in alle eerste niveaus, ongeacht in welke onderverdeling je gaat kijken, handelt altijd over hetzelfde thema. Dit blijft ook zo voor alle tweede, derde, vierde, vijfde, zesde en zevende niveaus. De informatie komt op elk onderverdeeld niveau op verschillende manieren tot uitdrukking – precies zoals dezelfde noot in verschillende octaven verschijnt - en dat resulteert op het meest gecondenseerde niveau in verschillende materialen, verschillende weefsels. Deze splitsen zich op, op dezelfde manier, in zeven lagen, en vertonen de verschillende uitdrukkingen van informatie binnen elk van deze lagen. Op deze vrij eenvoudige manier kan je zeer complexe structuren maken door te blijven onderverdelen in zeven, hetzelfde thema steeds weer herhalend.
We weten dat het menselijke energieveld, juist voor het voldoende dichtheid heeft om een lichaam te creëren, bestaat uit zeven lagen. Een mens heeft zeven energiecentra via welke we communiceren met de buitenwereld; we nemen informatie op en we zenden informatie uit. Deze worden chakra's genoemd en bevinden zich op specifieke plaatsen op het lichaam. Ze "behandelen" ook specifieke informatie. Ook hier krijgen alle chakra's alle informatie, terwijl zij zichzelf opdelen in zeven, en daarna opnieuw zeven lagen enzovoorts. Maar elke chakra is specifiek afgestemd op specifieke informatie en daarom kunnen we bepaalde chakra's aanwijzen en zeggen dat ze te maken hebben met bepaalde informatie.
De eerste chakra gaat over overleving en bevindt zich aan de basis van de wervelkolom.
De tweede chakra gaat over seksualiteit en verlangen en bevindt zich in het onderste deel van de buikholte.
De derde chakra gaat over persoonlijke kracht en energie en bevindt zich bij de maag.
De vierde chakra gaat over evenwicht en bevindt zich bij het hart.
De vijfde chakra gaat over communicatie en bevindt zich bij de keel.
De zesde chakra gaat over verbeelding en intuïtie en bevindt zich tussen de wenkbrauwen.
De zevende chakra gaat over inzicht en kennis en bevindt zich bij de kruin.
Elke chakra houdt ook verband met een bepaalde kleur uit het lichtspectrum. Chakra één houdt verband met de kleur rood, twee met oranje, drie met geel, vier met groen, vijf met blauw, zes met indigo en zeven met violet.
Elke kleur bevat specifieke informatie, zoals de chakra's, en dit gaat meer bepaald voor de kleur rood over vorm, voor oranje over beweging (aantrekking - afstoting), voor geel over persoonlijke kracht en emotie, voor groen over evenwicht, voor blauw over communicatie, voor indigo over bewustheid en bewustzijn en voor violet over kennis en inzicht.
Elke dichtheidslaag, zeven in totaal, komt ook overeen met verschillende cellulaire weefsels en aangezien de dichtheidslagen in verband gebracht kunnen worden met de kleuren, weten we welke weefsellagen overeenkomen met welke kleur. Rood staat voor beenmerg en zenuwweefsel; oranje voor vlees (spierweefsel); geel voor seksueel weefsel; groen voor botweefsel; blauw voor bloed; indigo voor vetweefsel en violet voor plasmaweefsel.
De informatielijn die alle dingen vanaf niveau één – rood, vorm, eerste chakra, merg – verbindt, kunnen we frequentie één noemen. Als we dit doen voor elk van de zeven lagen, dan kunnen we de informatie als volgt groeperen:
Frequentie 1 (rood)
Informatie over de vorm, stabiliteit en flexibiliteit, stroomt voornamelijk door de eerste chakra naar het zenuwweefsel en het beenmerg en komt hoofdzakelijk tot uitdrukking in organen zoals de wervelkolom, de darmen, de bijnieren en de nieren.
Frequentie 2 (oranje)
Informatie over beweging, aantrekking en afstoting, stroomt voornamelijk door de tweede chakra en vormt spierweefsel, tot uitdrukking gebracht in organen zoals de seksuele organen, de prostaat, de blaas en de milt.
Frequentie 3 (geel)
Emotionele informatie, woede en geluk, gaat via de derde chakra naar het seksuele weefsel en de interne organen en spieren.
Frequentie 4 (groen)
Evenwicht, geven en nemen, wordt doorgegeven via de vierde chakra naar het botweefsel en komt tot uitdrukking in de organen hart, longen, circulair systeem en de thymusklier.
Frequentie 5 (blauw)
Communicatie, zowel praten als luisteren, komt binnen via de vijfde chakra en vormt het bloedweefsel, dat tot uitdrukking komt in organen zoals mond, keel, schildklier, bijschildklier en hypothalamus.
Frequentie 6 (indigo)
Bewustheid en bewustzijn, intuïtie en inzicht, komt naar binnen via de zesde chakra en creëert vetweefsel en komt tot uitdrukking in de organen oren, neus, ogen, kleine hersenen en hypofyse.
Frequentie 7 (violet)
Universele kennis en begrip, dit gaat over wat we doen en wat we denken, beweegt zich doorheen de zevende chakra en vormt sappen en plasma en komt tot uitdrukking in de organen van het centraal zenuwweefsel en de pijnappelklier.
William Gijsen, een Belgische psychotherapeut en auteur van verschillende spirituele en filosofische boeken, beschrijft in zijn boek "Maak je Hemel op Aarde" de verschillende sferen en stappen waar een ziel doorheen gaat gedurende zijn volledige ontwikkeling. Elk van de zeven sferen wordt onderverdeeld in zeven stappen en elke ziel doorloopt deze tijdens zijn ontwikkeling gedurende een groot aantal levens. Hij beschrijft de sferen als lagen van bewustzijn, waarbij de laagste drie gaan over zielen die incarneren in een menselijk lichaam; de bovenste vier niveaus zijn zielen die niet langer de behoefte hebben om in een fysieke vorm te incarneren. Binnen de zeven lagen van schepping, bezet de mens niveau zes en dat heeft te maken met het ontwikkelen van het bewustzijn. Dus herkennen we binnen de sferen en stappen de lessen voor de mensheid als niveaus van groeiend bewustzijn.
Elk van de zeven stappen binnen elke sfeer leert een specifieke les. Deze lessen gaan over het belangrijkste thema dat tot uitdrukking komt binnen elk van de sferen. Als we één specifieke incarnatie in acht nemen, kunnen we als mens het leerproces volgen doorheen de kindertijd, tienerjaren en als jong volwassenen. Bij elke les die we leren, klimmen we stap voor stap omhoog op de bewustzijnsladder. Dit heet "opgroeien". Maar we komen zo ook op het niveau waar we, blijkbaar, vast zitten: iets dat we zeer moeilijk vinden om te "leren", zeer moeilijk om te veranderen. Dat is het niveau dat we in het bijzonder moeten leren in deze incarnatie. Dat is het thema van dit leven. Dus, elk individu heeft een bepaalde les te leren in zijn/haar leven en de mensheid als geheel beweegt zich ook doorheen de verschillende klassen, ten gevolge van alle lessen die geleerd werden door alle incarnaties. Dit heet "evolutie".
Voor het doel van deze bespreking zullen we ons concentreren op de lagere drie sferen en de lessen die hierbinnen geleerd moeten worden. De hogere vier sferen zijn ook belangrijk, maar bijna niemand op aarde heeft een ontwikkelingsniveau dat zo ver reikt. Laten we ons dus richten op de praktische zaken voor het organiseren van de klassen.
De eerste sfeer gaat over overleving. De mens ontplooit zich nu als een individu. We leren dat onze acties gevolgen hebben en we proberen controle uit te oefenen op de buitenwereld. Dit is in essentie een gevecht tussen mij en de rest, tussen vrienden en vijanden. De manier waarop we naar onszelf kijken wordt bepaald door de opinie van de buitenwereld.
De tweede sfeer gaat over leven met tegenstellingen. We moeten onze eigen keuzes maken en kiezen resultaten in 'goed' en 'slecht', in 'zwart' en 'wit', in 'voor' en 'tegen'. We moeten leren dat er geen goed of slecht bestaat; dat alles afhankelijk is van de situatie. Alles is afhankelijk van het gezichtspunt. We moeten voor onszelf kiezen, kiezen tussen persoonlijke behoeften en de behoeften van anderen.
De derde sfeer gaat over het loslaten van tegenstellingen. We moeten ons realiseren dat er altijd twee kanten zijn aan een medaille en dat deze een gelijke waarde hebben. We moeten verenigen wat tegenstrijdig lijkt te zijn. We bouwen de brug tussen hen en ons.
De zeven stappen binnen de zeven sferen behandelen telkens dezelfde basisthema's, maar op een meer fundamenteel niveau. De belangrijkste les die tot uitdrukking komt in de afzonderlijke sferen wordt dan stap voor stap - zeven in totaal - verkend doorheen elk van de stappen. Alle lessen zijn even moeilijk om te leren, maar we zullen ze in een specifieke volgorde leren en deze volgorde kunnen we linken aan de andere zeven lagen die we in de schepping kunnen identificeren. Precies zoals in ons schoolsysteem is de moeilijkste klas deze waar je op dit moment in zit. Sommige kinderen zitten in de lagere school, de eerste sfeer, anderen aan de universiteit, niveau drie. Eerst beëindig je de klassen één tot zeven op het eerste niveau, vooraleer je doorgaat naar de eerste klas van het tweede niveau, en zo hoger en hoger.
De zeven stappen bouwen de thema's op van één naar zeven, zoals we ook zagen in de zeven chakra's en de zeven frequenties. In grote lijnen zijn de thema's van de schepping in zeven lagen:
- Rood – vorm (stabiliteit en flexibiliteit)
- Oranje – beweging (aantrekking en afstoting)
- Geel – emotionele kracht (interne kracht en externe drive)
- Groen – evenwicht (geven en nemen)
- Blauw – communicatie (praten en luisteren)
- Indigo – intuïtie en inzicht, kennis
- Violet – doen en denken
De eerste stap drukt zich uit in de eerste sfeer als de erkenning van de nieuwe vorm, het menselijk lichaam. In de eerste sfeer krijgen we te leren dat we zelf beslissingen kunnen nemen. In de tweede sfeer (zelfde les, één "octaaf" verschil), leren we dat onze eigen beslissingen ons afscheiden van de anderen. Dit creëert onafhankelijkheid en eenzaamheid. In de derde sfeer proberen we samen te werken maar zonder onszelf in gevaar te brengen. We integreren 'alleen zijn' met 'samen zijn'.
De tweede stap gaat helemaal over aantrekking en afstoting. In de eerste sfeer leren we consistentie, niet op te geven en te blijven proberen. In de tweede sfeer nemen we bezit van onze keuzes en daarna zullen we deze weer moeten loslaten. In de derde sfeer delen we onze bezittingen en talenten zonder een beloning voor onze inspanningen te 'kopen'.
De derde stap gaat over emotionele kracht. In de eerste sfeer komt dit tot uitdrukking als vechten voor persoonlijke overleving. In de tweede sfeer merken we dat er iets van onszelf is als we er een gevoel bij hebben, wanneer het ons gelukkig of verdrietig maakt. In de derde sfeer delen we onszelf met anderen; we zoeken naar intimiteit. We durven ons te verenigen.
De vierde stap gaat over evenwicht. In de eerste sfeer komt dit evenwicht tussen leven voor onszelf en leven voor anderen tot uitdrukking in het hebben en zorgen voor kinderen, voor onze nalatenschap. In de tweede sfeer is het voorwaardelijke liefde; we gaan akkoord met regels die ons in staat stellen om samen te leven met anderen (volwassenen), die ons in staat stellen om ons te verenigen met anderen. In de derde sfeer leren we de gevoelens en meningen van anderen te waarderen; we leren ons leven te integreren met andere levens.
De vijfde stap gaat over communicatie. In de eerste sfeer maken we kennis met de structuur en organisatie van de maatschappij; we durven fouten maken en leren ervan. In de tweede sfeer kiezen we er vrijwillig voor om anders te zijn; we zoeken naar eenvoud. In de derde sfeer zijn we gepassioneerd; we zijn gedreven om dingen samen te brengen.
De zesde stap gaat over intuïtie en kennis. In de eerste sfeer worden we ons bewust van onze angsten; we ervaren de effecten van ons falen. In de tweede sfeer merken we het verschil tussen rationeel zijn en intuïtie; we willen geloven en weten. In de derde sfeer aanvaarden we spiritualiteit en zijn we erop gebrand om de verbanden te kennen die het universum aansturen.
De zevende stap gaat over goddelijke kennis. In de eerste sfeer gebruiken we onze inspanningen om anderen te overtuigen. In de tweede sfeer aanvaarden we anderen zoals ze zijn. In de derde sfeer leven we in het hier en nu; we geven en ontvangen onvoorwaardelijke aandacht.
We klimmen op doorheen de reeksen van klassen in onze bewustzijnsontwikkeling als mens vooraleer we aankomen, als een volwassene (levensmidden), bij de belangrijkste les die we in dit leven moeten leren. Dat zal het niveau zijn waarop wij, als een individu, functioneren in deze specifieke incarnatie. Vanaf het ogenblik dat we slagen voor het examen, vanaf het ogenblik dat we het "snappen", kunnen we doorgaan naar het volgende niveau en ons bewustzijn en begrip over het leven nog verder uitbreiden. Elke persoon opereert op het niveau waarop hij/zij zich bevindt. Elke persoon heeft moeite met de les die hij/zij aan het leren is op dat ogenblik in de tijd. Dit zorgt voor een grote verscheidenheid aan wereld- en levensvisies en het verklaart waarom er altijd mensen zijn die het met je eens zijn en het op dezelfde manier zien dan jij. Maar voor een groot aantal onder hen verdwijnt deze eenheid na een tijdje en dat komt omdat elk individu op zijn eigen tempo vorderingen maakt en doorgaat naar een volgend niveau in zijn eigen tijd. Deze vooruitgang zien we in de evolutie van de maatschappij, moraliteit en geloofssystemen van de grotere groep. De mensheid evolueert op dezelfde manier, doordat ze meer en meer leden telt die geslaagd zijn in de examens en omhoog geklommen zijn in de wereld van Bewustzijn.
Om de niveaus en hun thema's eenvoudiger voor te stellen kunnen we de informatie samenbrengen.
Sfeer 1 - Overleven
Stap 1 - Vorm Individueel zijn, afgescheiden van anderen
Stap 2 - Beweging Consistent zijn in de poging zichzelf te zijn
Stap 3 - Kracht Anderen bestrijden om te bezitten wat men nodig heeft om te overleven
Stap 4 - Evenwicht Overleven door het opvoeden van kinderen, het verzekeren van de overleving van het ras
Stap 5 - Communicatie Proberen zichzelf te zijn door gebruik te maken van de structuur van de maatschappij
Stap 6 - Intuïtie/Inzicht De eigen angst en de effecten van falen opmerken om te voldoen aan de eisen van de maatschappij
Stap 7 - Kennis Niet langer anderen willen behagen en beoordeeld worden door anderen, stoppen met vechten
Sfeer 2 - Tegenstelling
Stap 1 - Vorm Persoonlijke beslissingen scheiden ons af van hen
Stap 2 - Beweging Bezit nemen van datgene waarvan we voelen dat we het nodig hebben
Stap 3 - Kracht Leren dat bezit zich voordoet wanneer we "het ons iets doet", wanneer we emoties hebben
Stap 4 - Evenwicht Voorwaardelijke liefde - verenigen door het maken van duidelijke afspraken en regels
Stap 5 - Communicatie Ervoor kiezen om zich tegen de maatschappij te verzetten, dingen anders aanvoelen
Stap 6 - Intuïtie/Inzicht Het verschil opmerken tussen rationeel zijn en intuïtie
Stap 7 - Kennis Anderen aanvaarden als gelijkwaardig met ons; de mening van de maatschappij niet langer nodig hebben
Sfeer 3 - Loslaten
Stap 1 - Vorm Samenwerken met anderen zonder toegevingen
Stap 2 - Beweging Het idee van bezit loslaten
Stap 3 - Kracht Emoties loslaten - onszelf delen met anderen
Stap 4 - Evenwicht Voorwaarden loslaten - zich volledig integreren met anderen
Stap 5 - Communicatie Keuzes loslaten voor of tegen de structuur van de maatschappij
Stap 6 - Intuïtie/Inzicht De scheiding tussen religie en wetenschap loslaten - spiritualiteit aanvaarden
Stap 7 - Kennis In het hier en nu leven