Macht zonder Aansprakelijkheid
Patrick Quanten
Het leven bestaat uit twee lagen van realiteit. Er is het niveau van denken/voelen en het niveau van doen. Er is het niveau van besluitvorming en het niveau van uitvoering. En op deze manier is ook een eenvoudige maatschappij of gemeenschap gestructureerd en functioneel. Er zijn mensen die voornamelijk beslissingen nemen en anderen die deze voornamelijk uitvoeren. Er zijn opperhoofden en indianen. En tussen wat men voor ogen heeft en wat men bereikt is er een rechte lijn. Op deze manier kan men duidelijk een evaluatie maken van de effecten die het tweeledig systeem teweegbrengt. Wanneer het bereikte resultaat niet voldoet dan betekent dit ofwel dat de beslissing fout bleek te zijn ofwel dat de uitvoering veel te wensen overliet. En meestal zal het al snel duidelijk zijn waar de tekortkoming dan aan ligt.
De meeste mensen zullen al snel herkennen waar het in de operatie fout gelopen is en zij zullen ook in staat zijn om de verantwoordelijke ervoor aan te duiden. Dit heeft tot gevolg dat er een directe en onontkoombare verantwoording af te leggen valt op beide vlakken van de machtsstructuur. De juiste beslissingen dienen genomen te worden en deze dienen op de correcte manier uitgevoerd te worden. Wanneer er, op eender welk niveau, fouten gemaakt worden dan kan men deze gemakkelijk herkennen, waardoor men natuurlijk ook veel kan leren.
Het leven is overzichtelijk. De machtsstructuur is duidelijk. Verantwoordelijkheid is identificeerbaar.
Maar, en dit kan een eigenaardige vraag lijken, wat gebeurt er als je geen aansprakelijkheid wilt en als je niet wilt dat besluitvorming transparant is? Dan moet je barrières plaatsen tussen jou en de rest. Je moet jezelf, het niveau van besluitvorming, dan afscheiden van het uitvoerende deel van het leven. Dit is nodig om elke poging om schuld te leggen bij diegene die de beslissingen neemt in de war te sturen. Veel beter natuurlijk als je kan blijven volhouden dat het de juiste beslissing was, maar dat het slecht uitgevoerd is of dat ‘de omstandigheden’ tegen zaten of iets anders dat helpt om zand in de ogen te strooien.
De wetgevers formuleren wetten waar iedere burger zich moet aan houden. Om dit soort onderdanigheid te bewerkstelligen wordt een politiedienst in het leven geroepen. Hoe wordt officieel de rol van de politie omschreven?
Het doel van de politie is de handhaving van de wet op een eerlijke maar strenge manier; het voorkomen van misdaad; het vervolgen en tot gerechtigheid brengen van die individuen die de wet niet naleven; de handhaving van de openbare orde; de bescherming van, hulpverlening in en geruststelling van de gemeenschap; en dit uit te voeren met integriteit, gezond verstand en gezond oordeel.
De handhaving van de wet – het dwingen van burgers om gehoorzaam te zijn aan de wet
Tot gerechtigheid brengen van diegenen die de wet overtreden – gehoorzaamheid afdwingen door middel van straffen
De handhaving van de openbare orde – ervoor zorgen dat het voor de overheid te allen tijde rustig blijft
De hulp in en de bescherming van de gemeenschap – niet de hulp en bescherming voor het individu!
Dit uit te voeren met integriteit, gezond verstand en gezond oordeel – de politie ‘mag’ oordelen vellen
Hier komen drie punten naar voren. Het eerste is dat de politie naar de burger toe de taak heeft om de wet op te leggen. Het tweede is dat naar de overheid toe de politie de opdracht heeft om overal de vrede te bewaren en dit te allen tijde. En het derde is dat zij de toelating krijgen om hun eigen beslissingen te nemen. Maar ze worden al dadelijk gekortwiekt omdat ze met ‘integriteit’ en ‘gezond verstand’ moeten handelen, terwijl geen van beide termen gedefinieerd wordt. Dit is een typische structuur waarbij uiteindelijk alles de fout van de uitvoerende macht is. Men verwijst naar een ‘verkeerd’ oordeel, telkens wanneer de overheid met geen verantwoordelijkheid wilt opgezadeld worden, of men duidt aan dat de uitvoerende macht geen autorisatie verkregen heeft om zulke beslissing te nemen, telkens wanneer de overheid zich wil mengen in politieaangelegenheden. Het is, met ander woorden, een deur die open of dicht kan afhankelijk van wat het beste uitkomt voor het hogere echelon, de overheid, het niveau van besluitvorming in de maatschappij.
En dan wordt er nog een andere laag gestoken tussen de politie en de overheid, en dat is de rechterlijke macht. De rechterlijke macht is verantwoordelijk voor de interpretatie en de toepassing van de wet. Omdat de wetgeving nooit waterdicht is – en ook nooit bedoeld is om waterdicht te zijn – zullen er vele discussies ontstaan bij de implementatie van de wet. Aangezien de politie de uitvoerende macht is, kan ik me voorstellen dat wanneer er twistpunten zijn, ofwel door onduidelijkheden in de wet ofwel door de beperkte autoriteit die aan hen verleend werd, zij daarmee het hogere autoriteit niveau zouden lastig vallen, voor hulp en duiding. Maar de autoriteit wil dat de politie de openbare orde handhaaft en dus alle discussies snel sust. Vandaar de noodzaak voor de rechterlijke macht die de autoriteit heeft om aanhoudende discussies te beslechten door het interpreteren en toepassen van de wet ‘naar hun goeddunken’. Vanaf nu moet de overheid zich niet meer bezighouden met bekvechten over wat de wet nu juist bedoelt en tegelijkertijd wordt de overheid niet langer gestoord door de politiemacht om moeilijke geschillen te beslechten.
Vanuit het standpunt van de autoriteit, de besluitvormingsmacht, is de rechterlijke macht een bijkomende beschermlaag, die men kan bevelen om beslissingen toe te passen en die men de schuld kan geven voor resultaten die onpopulair zijn bij de burger.
Het system om een of meerdere machtslagen te creëren tussen de besluitvorming in de maatschappij en de uitvoerende laag, de man in de straat, heeft een tweeledig doel. Het biedt naar boven toe bescherming en naar beneden toe de mogelijkheid om de schuld door te schuiven. Hoe verder de laag verwijderd is van de burger, hoe kleiner de kans dat er schuld kan aan toegeschreven worden omdat de beslissing, waar de hoge laag voor verantwoordelijk is, dan aan een reis begint doorheen verschillende lagen van macht waar praktische zaken, zoals regels en voorschriften, eraan toegevoegd worden alvorens de onderste laag te bereiken. Dus wanneer het vooropgestelde resultaat niet bereikt wordt dan is het ‘heel waarschijnlijk’ te wijten aan een slechte uitvoering op eender welk niveau onder het besluitvormingsniveau, tot op het niveau waar de beslissing wordt geïmplementeerd.
Laat ons een ander voorbeeld nemen. In een tweelagen realiteit zijn de kinderen de directe verantwoordelijkheid van de ouders. Geen probleem. Maar als je verantwoordelijk gesteld wordt voor iets dan moet je ook beslissingsrecht erover hebben. Je moet directe richtlijnen kunnen uitvaardigen. Als jou niet toegestaan wordt dat je bepaalde beslissingen neemt dan kan je ook niet volledig verantwoordelijk zijn voor het resultaat. Vandaar dat in zulke realiteit de ouders volledige controle hebben over het leven van hun kinderen en dat ze de volledige verantwoordelijkheid ervoor dragen.
En dan wordt er een wet uitgevaardigd, niet door de ouders, dat alle kinderen van een bepaalde leeftijd naar school moeten. Kinderen moeten naar school omdat iedereen moet leren lezen en schrijven, een beetje kunnen rekenen, en iets te weten komen over wetenschap (de aarde, de ruimte, de atomen) en iets over de geschiedenis van hun land en hun volk. Kinderen slimmer maken is een edele doelstelling om op tafel te leggen. – Neem nota: kinderen worden ‘opgevoed’, maar het zijn onze hulpmiddelen die we ‘smart’ noemen. – Wat er op school aangeleerd wordt valt onder de term ‘academisch’, wat verwijst naar gerelateerd zijn met scholen, colleges en universiteiten, of verbondenheid met studie en denken, niet met praktische vaardigheden. De kinderen verwijderen uit een omgeving waar ze praktische vaardigheden leren, die nodig zijn voor hun overleving, en hen in de plaats theoretisch denken aanleren, hun hoofd vol stoppen met kennis, waar men in de dagelijkse praktijk van het leven weinig of niets mee kan aanvangen, is een seismische schok in de structuur van het leven. Het kunnen nu niet langer de vaardigheden van de familie of van het dorp zijn die de volgende schrijnwerker, landbouwer, smid, kleermaker gaat voortbrengen. Geen familietraditie meer van slager, bakker en brouwer. De vaardige handelaren die de soliede basis waarop een gemeenschap kan steunen vertegenwoordigen, vormen niet langer de fundering waarop de gemeenschap rust. De gemeenschap richt zich nu volledig op academische kennis.
Wie was vragende partij voor deze levensingrijpende verandering? Was het de landbouwer, die nu een aantal helpende handen moet missen en mogelijks geen opvolger meer heeft? Welk beroep in het dorp heeft erom geschreeuwd dat alle kinderen gedwongen moeten worden om naar school te gaan? Stilte. Niemand die hieraan schuldig is. En hoe zit het dan met diegenen die deze nieuwe wet hebben gecreëerd en uitgerold? Hoe zit het dan met de regering, de overheid zelf? Waarom moest dit nu zowaar?
Wanneer je de basisstructuur van de maatschappij wilt veranderen dan moet je mensen kunnen overtuigen dat iets waar ze geen aandacht aan besteden, omdat het in hun leven niet van belang is, meer waarde heeft dan waar ze nu mee bezig zijn. Wanneer je een nieuwe maatschappij aan het voorbereiden bent dan moet je mensen overtuigen dat de verandering hun leven stevig zal verbeteren. Waar begin je dan? Bij de creatie van zeer goed betaalde, netjes voorkomende, jobs die je voorstelt als ‘een beter leven’. Je maakt het economisch erg aantrekkelijk. Je biedt een leer- en trainingstraject aan voor specifieke jobs. Je voorziet een bepaalde status binnen de maatschappij voor specifieke jobs. Je omringt bepaalde jobs met een air van belangrijkheid. Je verbindt een bepaalde ‘verantwoordelijkheid’ aan specifieke jobs. Het is een serieuze investering in de toekomst.
Gedurende vele duizenden jaren hebben kinderen over de hele wereld geen nood gehad aan formele scholing, voorgeschreven opvoeding, om hun kennis, ambachten en beroepen vooruit te brengen. Dit geeft aan dat de verplichte schoolwetgeving niet bedoeld was voor de verbetering van het leven van de burger, want zij hadden daar geen nood aan. Maar dat betekent dat het doel van de wetgeving enkel kan liggen in een voordeel voor de regering, voor de overheid. En dan kan de verbreking van de familiestructuur, een werkeenheid, de basis van de economie, toch niet echt het voordeel zijn waar we naar op zoek zijn. En toch is dat zo! Vanuit het standpunt van de overheid is het bijna onmogelijk om de onderdanen onder controle te houden wanneer die allemaal iets anders doen om samen te kunnen overleven, als één geheel. Lokale omstandigheden, lokale evenwichten, lokale middelen, zijn verschillend op verschillende locaties, waardoor geen overheersende macht met gemak ‘iedereen’ kan dwingen om zich naar de wet te schikken. Ze doen allemaal hun eigen ding. Ze doen allemaal wat zij op hun locatie, in hun omstandigheden, nodig achten.
Wanneer het plan is om fundamentele veranderingen aan te brengen in de structuur van de maatschappij, weg van een thuis gebaseerd leven en meer naar een centraal bestuur leven, dan lijkt het nuttig om proberen macht en controle te veroveren over de opkomende generatie. Want dan is het wel duidelijk dat het onmiddellijke effect voor de overheid is dat ze macht bezitten over wat het kind nu juist leert, en dus ook wat kinderen gaan denken en geloven, wat ze van het leven gaan verwachten. De school wordt een informatiebron die op elk punt belangrijker geacht wordt dan het oubollige denken van de ouders. De school heeft gelijk, omdat het de plaats is waar ‘slimheid’ woont. Of zo lijkt het toch. De nadruk ligt op academisch, niet op praktische vaardigheden. Er wordt zelfs beweerd dat naar school gaan jou intelligent maakt. Mooi zo! Intelligent wordt gedefinieerd als ‘het vaardig gebruik van redeneren; de vaardigheid om kennis toe te passen om iemands omgeving te manipuleren of om abstract te denken zoals gemeten door objectieve criteria (zoals ‘testen’)’. Intelligentie heeft, per definitie, niets te maken met vaardigheden om te overleven. Het gaat enkel om op een abstracte manier te denken en om kennis toe te passen voor manipulatie. Intelligentie is zo belangrijk voor de overheid dat ze het zelfs testen zodat men van iedereen kan zien waar dat individu staat op de ranglijst van intelligentie. Bestaat er ook zo’n rangschikking na het testen van overlevingsvaardigheden bij individuen? Maar elk persoon heeft wel een IQ quotiënt, een intelligentie cijfer. Een typische IQ test bestaat uit een verscheidenheid aan testen om zogenaamd de intelligentie te meten, onder andere door testen voor ruimtelijke herkenning, korte termijn geheugen, wiskundig vermogen, en analytisch denken.
Samengevat, de regering, de overheid die het leven van de mensen beheert – of daar heeft het alle schijn van – heeft de populatie wetten opgedrongen waarbij denken de beste manier is om een goed leven te leiden, beter dan weten hoe voedsel uit de natuur te halen, kleren te maken, schuilplaatsen te bouwen, anderen te beschermen. Individuen en gemeenschappen van individuen moeten zich daar niet langer mee bezig houden want zij hebben meer belangrijke dingen te doen. Hun ‘denkvermogen’ wordt veel meer op prijs gesteld. Abstract denken en het werken met abstracte concepten is wat kinderen moeten leren. Er bestaat geen Nobelprijs voor brood en patisserie bakken, en ook niet voor het zijn van een verantwoorde ouder.
Met de verantwoordelijkheid voor de opvoeding van jouw kind komt ook het beslissingsrecht over jouw kind. Wat is ‘goed’ voor de opvoeding van dit kind? Als je de verantwoordelijkheid wilt dan heb je ook de vrijheid nodig om je eigen beslissingen te maken. En omgekeerd. Wanneer de overheid het beslissingsrecht over jouw kind overnam kregen ze ook de verantwoordelijkheid over het resultaat in de schoot geworpen. Maar dat ligt wel even moeilijk! Geef hen nergens de schuld van want dat vinden ze niet leuk. Wanneer dan, aangegeven door hun eigen standaard- en evaluatietesten, het duidelijk wordt dat zelfs ‘de intelligentie’ van de kinderen erop achteruit gaat, dan schreeuwt men luid “Het is de schuld van de ouders!” Volgens de overheid zijn ouders verantwoordelijk voor de taalvaardigheid, of het gebrek daaraan, van hun kinderen. Ouders zijn verantwoordelijk voor het antisociaal gedrag van hun kinderen. Ouders moeten, zo vertelt men hen, meer tijd doorbrengen met hun kinderen en hen helpen met het huiswerk. Zij zouden ‘schermtijd’ voor hun kinderen moeten beperken, terwijl op school de kinderen voortdurend aan een scherm gekluisterd zitten. Goed van hen om de ouders terecht te wijzen! De overheid heeft ervoor gezorgd dat beide ouders uit moeten gaan werken om voldoende geld te verdienen zodat hun kinderen kunnen ‘opgevoed’ worden, en nu zijn juist deze ouders de schuld dat ze niet genoeg ‘aanwezig’ zijn in het leven van hun kinderen.
Door een laag met gezag te creëren tussen het niveau van besluitvorming en het niveau van de onderdaan kunnen alle tekortkomingen en fouten bij de uitvoerende macht gelegd worden. Alle klachten en ontevredenheid van de onderdanen moeten opgevangen worden op het uitvoerende niveau. Leraren en scholen zijn de schuld. Ouders zijn de schuld. De regering, de overheid, is het enige dat dit nog recht houdt en we mogen nooit vergeten hoeveel geld ze in het systeem gepompt hebben, om de scholen en leraren een plezier te doen, en dus ook de ouders. De overheid is de oplossing, niet het probleem. Controle over de kinderen ligt bij de overheid, en de ouders zijn lastposten waar men zo snel mogelijk vanaf moet zien te geraken.
Een maatschappij gebouwd op het principe van directe verantwoording laat mensen toe om de mechanismen van het samenleven beter te begrijpen. Het geeft elk individu een middel om zijn/haar eigen beslissingen te nemen, gebaseerd op eigen ervaringen en het eigen aanvoelen van noodzaak. Gerechtigheid wordt door elk individu geleverd in elk afzonderlijk gebeuren, waarbij we onder gerechtigheid ‘een eerlijke manier om met mensen om te gaan’ verstaan. Mensen verwijst naar de individuen die bij een bepaalde situatie betrokken zijn en hierop mogen reageren op een manier die voor hen ‘het beste’ lijkt. Zij zijn op die manier in staat om het voor henzelf ‘eerlijk’ te maken. Contrasteer dit met de definitie van ‘gerechtigheid’ in onze maatschappij: het systeem van wetten in een land waar er over mensen recht gesproken wordt en straffen uitgesproken worden. Gerechtigheid in de maatschappij zit verankerd in rigide wetten waarop een strafsysteem is opgebouwd. Dit brengt het systeem ‘gerechtigheid’, voor de overheid, niet voor het individu, die in zijn doen en laten, met betrekking tot eigen noden, beperkt wordt.
De heersende laag van de maatschappij creëert wetten als richtlijnen in het leven van iedereen. Het dwingt iedereen om zich op een bepaalde manier te gedragen en het straft elkeen die hierin faalt. Wetten kunnen niet ter verantwoording geroepen worden bij rampzalige uitkomsten. De heersende laag creëert dan een andere gezag-laag in de maatschappij, wiens verantwoordelijkheid het is om de wet op te leggen. Deze laag creëert regels die iedereen moet volgen. Het heeft de macht om elkeen die zich hier niet aan houdt te straffen. Nu kan het individu op twee vlakken bestraft worden: voor het niet volgen van de regels van de uitvoerende macht, of voor het breken van de wet van de besluitvormingsmacht. Wanneer dat nodig mocht blijken dan creëert de uitvoerende macht één of meerdere andere onderdanige lagen, elk met zijn eigen regeltjes die elk individu moet volgen om vervolging door het gerecht, de afdeling van de heersende macht die mensen ‘gerechtigheid’ brengt, te vermijden. Gehoorzaamheid is essentieel voor elke overheid. En wat je niet vrijwillig kan krijgen daar moet je dan dwang voor gebruiken.
Er bestaan verschillende vormen van dwang.
- Fysieke dwang – Dit kan gaan van fysieke agressie, zoals mishandeling en marteling, tot meer subtielere vormen van fysieke controle, zoals het vasthouden van individuen tegen hun wil. – Zoals mensen in hun eigen huis opsluiten of hen toegang verbieden tot het hospitaal.
- Psychologische dwang – Het gaat dan over het gebruik van bedreigingen, intimidatie, angst of psychologische druk om iemand te doen instemmen met bepaalde daden or geloofsovertuigingen. Psychologische dwang kan op verschillende manieren uitgevoerd worden, zoals emotionele manipulatie, gas-lighting, of hersenspoeling technieken. – Zoals mensen bang maken voor iets dat niet gebeurt, of voor gevaren die niet echt bestaan.
- Economische dwang – Dit gaat om de manipulatie van financiële middelen, zoals het achterhouden van loon, toegang ontzeggen tot basisnoodzakelijkheden, of het opleggen van economische sancties om gehoorzaamheid af te dwingen. – Zoals het blokkeren van bankrekeningen of het beboeten van mensen omdat ze met een ‘slechte’ auto rijden. Het uitdelen van subsidies om mensen in een bepaald gedrag te lokken.
- Wettelijke dwang – Dit gaat om de dreiging of toepassing van wettelijke sancties, zoals boetes, gevangenschap, of andere wettelijke strafmaatregelen, om de gehoorzaamheid af te dwingen voor specifieke regels en wetten. Wettelijke dwang is een fundamenteel gegeven in elke rechtstaat. – Aan alle regels en wetten moeten voldoen om te vermijden gevangenisstraf of andere strafmaatregelen op te lopen.
- Sociale dwang – Het steunt op de angst voor sociale afkeuring, afwijzing, of uitsluiting om individuen zich naar bepaalde gedragingen en geloofsovertuigingen te doen schikken. Sociale dwang wordt ook uitgeoefend op verschillende manieren, zoals sociale verbanning, achterklap, publiekelijk beschamen, of groepsdruk. – Zoals mensen publiekelijk bespotten omdat ze een andere mening zijn toegedaan, hen bannen uit bepaalde groeperingen, ontzeggen van bepaalde privileges of dienstverlening, hen schuldig laten voelen voor hun eigen levensstijl.
- Ideologische dwang – Dit gaat over de vormgeving en controle over het dominante verhaal, waarden en geloofsovertuiging binnen een maatschappij om de gedachten en daden van individuen te beïnvloeden. Ideologische dwang kan op verschillende manieren uitgevoerd worden, zoals staatspropaganda, indoctrinatie, of het uitrollen van bevooroordeelde informatie. – Zoals mediacontrole, niet toelaten dat bepaalde opinies waarde hebben. Censuur op het in vraag stellen van overheidsinformatie. Op voorhand bepalen wat misinformatie is.
De truck is om ervoor te zorgen dat mensen zich niet langer bewust zijn van het feit dat ze gedwongen worden. Wanneer je erin slaagt om de mensen te overtuigen dat de enige manier om te leven is de manier waarop jij hen dwingt te leven dan zorg je ervoor dat alle protest tegen de dwangmaatregelen aanzien worden als ‘onveilig voor de staat’, een staat die moet beschermd worden, omdat het nu eenmaal de enige manier voorwaarts is. Het veroveren en behouden van macht over mensen is gebaseerd op de overtuiging van die mensen dat ze deze bescherming voor hun veiligheid en ondersteuning absoluut nodig hebben. Hun overtuiging dat hun afhankelijkheid van jouw ‘expertise’ essentieel is voor hun overleving neemt een cruciale plaats in binnen dit proces. Zolang als mensen geloven dat vrede kan verkregen worden door oorlog te voeren zullen ze hun regering toelaten, hen zelfs aanporren, om wapens te produceren en deze te gebruiken. Eens dit principe diep geworteld zit in de maatschappij is het maar een kleine stap van het gebruik van vuurwapens om vijanden buiten de maatschappij te vernietigen naar het gebruik van deze vuurwapens tegen vijanden binnen de eigen gemeenschap.
Blind zijn voor het gedwongen worden in een bepaald gedrag, in bepaalde geloofsovertuigingen, betekent dat men de eigen macht overlevert aan iets of iemand buiten jezelf. En je bent daar tevreden mee!
Het niet langer geloven in eigen ervaringen, eigen geloofsovertuiging en eigen kunnen, laat anderen toe om hun wil in jouw leven op te dringen.
Niet langer in staat zijn om de besluitvormende macht ter verantwoording te roepen laat uitschijnen dat ze altijd gelijk hebben, want elke tekortkoming wordt toegeschreven aan iets of iemand anders.
Iets of iemand buiten jezelf heeft macht over jezelf, enkel en alleen wanneer jij de macht om over jouw leven te regeren aan hen overhandigt. Je schrijft jezelf gewillig in als slaaf.
November 2024