Een Digitale Wereld
Effecten en Invloeden
Patrick Quanten
Herinner jij je nog hoe de digitale wereld allereerst aan ons werd voorgesteld? Alles zou op een computer bewaard worden, geen papierdocumenten meer, zodat een groot aantal bomen elk jaar konden gered worden. Ik denk niet dat sinds die tijd het rooien van bomen een uitstervend beroep geworden is. Onderzoek heeft zelfs aangeduid dat we nu meer papier gebruiken dan we ooit gedaan hebben. Waarom is het leven niet geworden zoals we ons dat toen zo mooi voorgesteld hadden en waarom ziet ons bureel er niet zo uit zoals men ons dat heeft voorgehouden?
Ze hebben ons ‘het papierloos bureel’ getoond. Hoe gaaf was dat! Zo netjes en opgeruimd. Geen papier in elke hoek van de kamer. Geen stapels papier op het bureau, dat nu vrij is om gebruikt te worden waar het voor ontworpen is. Hoe verschillend van de realiteit in navolging van de propaganda die erop gericht was om ons te overtuigen dat we met z’n allen ook zo’n bureel wilden. En toch is het zo dat het digitale tijdperk een significante impact gehad heeft op onze samenleving. Soms herkennen we het gemakkelijk in boodschappen zoals ‘vul het formulier in online’ of ‘download het document van onze website’. Vele oude technologieën hebben ook een digitale overjas gekregen. De radio heeft niet langer een draaiknop om de frequenties te kiezen; het heeft een digitaal selectiesysteem. Telefoons zijn zo dun en gestroomlijnd geworden omdat ze digitaal functioneren. We kunnen ons zelfs geen niet-digitale wereld meer voorstellen en toch heeft het minder dan één generatie geduurd om deze transformatie door te voeren en het nieuwe aanvaarde ‘normaal’ te worden. Wat een zachte overgang! Geen enkele tegenkanting op het hele parcours. Geen oppositie. Dat was anders dan toen men de treinen introduceerde of de Belgische gewesten. En toch is de digitale omschakeling van groter belang in ons leven.
Een bureel dat geen ruimte nodig heeft om rijen van archiefkasten te huisvesten kan een heel stuk kleiner zijn, denk je ook niet? Daartegenover staat dat ik nota neem van het feit dat grote internationale corporaties, met een groot aantal documenten om bij te houden (digitaal weliswaar), steeds grotere gebouwen neerzetten. Gebruiken die dan geen computer opbergruimten? De bureelgebouwen hebben met de tijd steeds meer verdiepingen gekregen en nemen nu meer ruimte in dan gedurende het papiertijdperk. Ik vraag me dan toch af waarom, want voor de rest van de bevolking is het duidelijk de andere kant op gegaan. De ruimte die wij nu als individuen innemen is een heel pak kleiner dan wat het was nog niet zo erg lang geleden.
Neem nota van hoe groot een gemiddeld herenhuis was en vergelijk dat met de oppervlakte waarin mensen tegenwoordig wonen. Dan moet je wel toegeven dat er een dramatische verandering is opgetreden. Vroeger werd de grootte van het huis niet bepaald door luxe en sociale competitie. Het was gewoon een noodzakelijkheid. Denk eens aan al die kamers die gevuld waren met documenten, boeken en gereedschap. Heel belangrijke en nuttige informatie werd bewaard in die huizen en dus waren er kamers nodig waar mensen toegang hadden tot die informatie. Mensen moesten deze informatie kunnen gebruiken en ermee werken. Tegenwoordig is al deze informatie in digitale vorm opgeborgen. We hebben zulke ruimten niet langer nodig en we krijgen die ruimte dus ook niet meer. We moeten nu een groter deel van ons inkomen opofferen aan onze woonst in vergelijking met de mensen van vroeger. Niettegenstaande dit feit zijn onze woningen serieus gekrompen. Van huizen zijn we ingetrokken in appartementsblokken. Allemaal kleine doosjes op elkaar gestapeld. Er is geen behoefte meer aan buitenruimte. Ze zorgen er wel voor dat je zovele uren hard moet werken zodat jij je deze kleine leefdoos kan veroorloven dat het gewoon waanzin zou zijn om je nog over een buitenruimte zorgen te moeten maken. Geen tijd voor. Te moe. Jij moet ontspannen, niet nog meer werken.
Heel snel bleek dat men de leefruimte van de mens nog compacter kon maken. Je hebt niet echt een gastenkamer nodig, nee toch? Het is gewoon verloren ruimte. En je hebt geen ruimte nodig voor een grote boekenkast want je houdt toch geen boeken meer bij. Je bewaart en leest boeken digitaal. Je hebt geen ruimte nodig voor het opslaan van documenten want die sla je op in je computer en je print de documenten enkel af wanneer een autoriteit je daarom vraagt. Zij, voor een niet-digitale reden, willen steeds het originele stukje papier!
De omvang van de appartementen is snel aan het krimpen. We noemen dit ‘heerlijk compact’. Geen opbergruimte nodig. Alles is toch digitaal. Aangezien jouw woning je persoonlijke ruimte vertegenwoordigt – het is wat er nog overschiet aan persoonlijke ruimte – dan moeten we toegeven dat onze persoonlijke ruimte heel snel aan het weg smelten is. Het wordt ons afgenomen omdat men ons laat geloven dat we al die ruimte niet echt nodig hebben. Dat staat haaks op de observatie dat enorm grote corporaties steeds meer ruimte nodig hebben, of tenminste dat ze steeds meer ruimte innemen. Wat hen ten goede komt, zo blijkt, is niet goed voor mij. Voor mij is het best als ik geen persoonlijke ruimte heb, terwijl zij beter zijn met meer persoonlijke ruimte. Hoe komt dit? Wat zijn de gevolgen hiervan?
Elk levend wezen, van een bacterie tot een kat tot een mens, legt beslag op een bepaalde ruimte rondom het fysieke lichaam. We voelen onmiddellijk wanneer deze ruimte belaagd wordt, wanneer iets of iemand wat te dichtbij komt. De feitelijke afstand van wat ‘te dichtbij’ betekent varieert van persoon tot persoon maar ook van situatie tot situatie. Dit, op zich, is geen bewijs dat de persoonlijke ruimte niet bestaat en dat we die van nabij bewaken. Iemand zit me op de huid is een voorbeeld van een klacht over het gebrek aan ruimte om mezelf te kunnen zijn. We hebben ademruimte nodig. We hebben ruimte nodig om ons uit te drukken. We hebben zelfs ruimte nodig om te denken. Als er rondom ons geen ‘vrije’ ruimte meer beschikbaar is, geen ruimte om afstand te kunnen creëren tussen de elementen van het normale buitenleven en elementen van het innerlijke leven van een individu dan begint die persoon zich al snel bedrukt te voelen. Wanneer je dan niet beschikt over je persoonlijke kamer om stoom af te laten of om je gedachten te ordenen dan kan je die druk niet blijven dragen. De druk zal binnenin het persoonlijke systeem opbouwen, binnen het individu.
Je zou naar de wereld willen gillen? Wel, ik raad het niet aan om dit in jouw appartement te doen. Eén van de buren zal waarschijnlijk de politie verwittigen. En als je niet alleen bent in het appartement dan wordt er waarschijnlijk gezegd dat je een paar schroeven kwijt bent. Als dat zich een aantal keren herhaalt dan verhuis je naar een nog kleinere kamer in een heel erg groot gebouw met deuren die aan de buitenkant op slot gaan. Neen neen, je hoort stil te zijn, zelfs als je niet langer de druk van het leven aan kunt. Hou rekening met anderen. Blijf beleefd en kalm tegenover je medeburgers want dat verdienen zij. Behandel hen met respect. Je moet je solidair tonen met anderen die wel naar het werk gaan, met mensen die zorg dragen voor de opvoeding van kleine kindjes, met ouden van dagen, zelfs met de arme sukkelaars van de nooddienst die geroepen zijn om jou ‘onder controle te brengen’. Maak a.u.b. hun leven niet zwaarder dan het al is. Daarin ligt het bewijs, als je dat nog nodig hebt, dat je alle persoonlijke ruimte verloren hebt als een gevolg van het digitale tijdperk. Men heeft in jouw plaats beslist dat je al die ruimte echt niet nodig had en dus heeft men die verwijderd. Nu kan je voor hetzelfde bedrag de kleinere ruimte krijgen die men je toewijst. Het goede nieuws is dat je er van overtuigd bent dat je gelukkig bent met dit arrangement. En nu is dat je enige bereikbare doel in verband met ruimte. Meer ligt nu ver buiten handbereik. Ga ervoor dan maar voor, want het is jouw droom. Wat je niet beseft is dat je eigenlijk gewoon een echte nachtmerrie hebt! Je leeft in een nachtmerrie!
Natuurlijk ben je wel tevreden dat je de wegenkaarten, jouw persoonlijk telefoonboek, jouw persoonlijke gesprekken, jouw dagblad, jouw fitness evaluatieprogramma, jouw persoonlijke kalender, jouw persoonlijke gezondheidstesten, jouw persoonlijk fotoalbum en videotheek, al deze en nog veel meer zaken op je smartphone kan opslaan en die hele collectie dan in je broekzak meedragen. Het staat er allemaal op en het zit in jouw broekzak of handtas. Je bent tevreden ook zonder de ruimte die anders nodig was om al jouw persoonlijke zaken op te bergen in kamers binnenin jouw leefruimte. Wat je misschien is ontgaan is het feit dat juist omdat jij ruimte vrij gegeven hebt er anderen die ruimte zijn komen innemen. Ze zijn steeds dichterbij geslopen. En nu zijn ze aanwezig links van jou en rechts van jou met enkel de dikte van een betonblok als scheiding. Ze zitten boven en beneden je. Jij hoort nu geluiden in jouw persoonlijke ruimte waarvan mensen, nog niet zo lang geleden, zouden weten dat het veroorzaakt werd door een of ander ongedierte. Nu is het ongedierte andere mensen, en net als toen wil je ze eigenlijk niet kennen. Je wilt de confrontatie liever niet aangaan. Je negeert hen en zij laten jou links liggen. Inderdaad bezet je beiden ruimte die de ander eigenlijk nodig heeft voor zichzelf, maar aangezien we dit met z’n allen sociaal overeengekomen zijn kan je nergens gaan klagen.
Erger nog, als je het echt niet fijn vindt en je wilt een andere persoonlijke keuze maken in verband met jouw leefruimte dan blijkt al snel dat dat onmogelijk is. Ah ja, je kan wel de keuze maken maar je kan jouw keuze niet uitvoeren om meer leefruimte ter beschikking te hebben. Er zijn serieuze financiële struikelblokken. Het blijkt namelijk dat jouw inkomen van een voltijdse betrekking, een goed betaalde betrekking, jou enkel toelaat om de aangeboden enge ruimte te kopen. Dat is wat de maatschappij jou toestaat om te bezitten en dat is waar je uit mag kiezen. De foorkramer bepaalt dat je gewonnen hebt en uit welke prijzen je mag kiezen. We zijn opgeleid om daar blij me te zijn. Mooi appartement!
Het hebben van persoonlijke ruimte is absoluut noodzakelijk voor de ontwikkeling van het individu. Elke psycholoog zal je dat vertellen. Nochtans lijkt het erop dat we als volwassenen op dit vlak erop achteruit gegaan zijn. Tieners, zo zegt men, hebben een eigen kamer nodig in het huis. Het moeten delen van een kamer kan tot zware problemen leiden. Als je enkel niet meer dan een persoonlijke lade hebt dan is dat een ramp. Als volwassenen hebben we de tuin opgegeven die ons ruimte als ook voedsel verschafte. De tuin was de zekerheid dat je altijd aan voedsel kon geraken voor jezelf en je gezin. Het was de ruimte die het huis van veiligheid en voeding voorzag. Men heeft ons erin geluisd dat op te geven door mooie aanbiedingen van goedkoop voedsel, waar we geen inspanning of verbintenis voor moeten aangaan. We hadden er geen idee van dat door dit pad te volgen wij ook de controle over kwaliteit en prijs zouden verliezen. We gaven onze onafhankelijkheid en veiligheid op. We verhuisden, als volwassenen, van ons huis naar allemaal samen leven in één kamer en anderen die andere delen van het huis bezetten.
De volgende stap is dat het onderhoud van een huis toch eigenlijk wel veel vraagt, zeker als je ook die andere dingen die de maatschappij ons aanbiedt zou willen, want we hebben echt nood aan buitenlandse vakanties, aan machines die toelaten dat we ons snel verplaatsen, aan restaurantbezoekjes, aan machines om te communiceren, aan machines die onze gewone taken overnemen, aan voorgeschreven vermaak. Eens we echt geloven dat deze noodzakelijk zijn voor onze gezondheid en ons mentaal evenwicht dan worden we gedwongen om keuzes te maken in het leven, en dan verkiezen we al dat boven een huis, boven de persoonlijke ruimte die elk levend wezen nodig heeft. In plaats van een huis, met al de verantwoordelijkheden, kunnen we op een appartement leven. Het heeft veel economische voordelen. Het is veel praktischer. Het is een pak gemakkelijker om te onderhouden. Oh ja, en het is een pak meer verkrampt. We verhuisden, als volwassenen, van die ene kamer die we nog hadden in het hele huis naar de lade.
En over tijd hebben ze de laden steeds kleiner en kleiner gemaakt, ‘meer efficiënt’. En over tijd betalen we ook meer en meer voor steeds kleiner wordende laden. Onze aandacht werd afgeleid weg van de noodzaak en de waarde van ruimte naar het gemak in het leven en de vermindering van verantwoordelijkheden. We zijn ons er niet langer van bewust hoe belangrijk ruimte eigenlijk wel is. Comfortabel is het enige dat nog telt. Deze gekrompen ruimten, die leefladen, worden ons aangesmeerd op basis van ‘gemakkelijke’ toegang tot de winkels, tot grote verbindingswegen, tot werk, en zo meer. ‘Gemakkelijk’ te onderhouden. ‘Gemakkelijke’ indeling. Deze ruimten zijn zo efficiënt dat we zelfs beginnen te geloven dat we op ons gemak zijn binnen zo’n ruimte.
Al die dingen die je eventueel tekort zou komen in je eigen moderne leefruimte daar moet je je echt geen zorgen over maken want je kan die gemakkelijk overal buiten terugvinden. Als je een rustig plekje wil in het groen dan kan je op een bank gaan zitten bij de rivier of de beek. Groot voordeel: jij moet zelf het groen en de beek niet onderhouden om er toch van te kunnen genieten. Inderdaad, en je hebt ook geen inspraak in hoe dat plekje kan veranderen in de toekomst en of het zelfs zal blijven bestaan. Het idee is dat je simpelweg een openbare ruimte gebruikt voor al die persoonlijke noden waar je niet langer zelf de ruimte voor hebt binnen je eigen persoonlijke sfeer. Het biedt je net hetzelfde zonder dat je ervoor verantwoordelijkheid moet nemen.
Denk hier eens even over na. Je kan een openbare ruimte gebruiken om je persoonlijke ruimte die je kwijt gespeeld bent te vervangen en het resultaat is hetzelfde. Neen, dat is het niet. Het woord persoonlijk betekent behorend tot of betrekking hebbend op een bepaalde persoon. Openbaar daarentegen betekent voor ieder toegankelijk. Ik heb niet de indruk dat deze twee identiek aan mekaar zijn of zelfs maar bij elkaar in de buurt komen. In feite zijn het gewoon tegengestelden. Persoonlijk is privaat, en openbaar is in het zicht van iedereen. En inderdaad, wanneer je op je eigen bankje in je eigen tuin zit ben je in een private ruimte. Op de bank bij de rivier, een openbare plaats, zit je in het zicht van iedereen, een ruimte die anderen ook kunnen en mogen gebruiken.
Een openbare plaats kan je ruimte bieden om gelijkaardige activiteiten die je thuis zou doen daar ook uit te voeren. Ik kan op mijn eigen gras liggen en genieten van een warm lentezonnetje, of ik kan net hetzelfde doen op het gras in het stadspark. De activiteit is net dezelfde, en dat is wat de autoriteiten ons voorhouden, maar de persoonlijke beleving is helemaal niet hetzelfde. In mijn eigen ruimte kan ik zijn wie ik wil zijn op elk moment. In een openbare ruimte heb ik me te houden aan de regels van het spel omdat ik namelijk niet de enige ben die beslag legt op die ruimte op dat moment. Het is namelijk niet mijn persoonlijke ruimte! Als een voorbeeld kan ik van die zonnige dag in mijn eigen tuin genieten in mijn blootje met een fles wodka in de hand, terwijl ik in het park mij moet houden aan regels van fatsoen en de wetten van openbare dronkenschap. Ik ben mijn persoonlijke ruimte kwijt en ik kan die niet ‘vervangen’ door een openbare ruimte. Ik heb wel iets in weergift gekregen samen met een handleiding om mij ervan te overtuigen dat het me enorm veel deugd zal doen, maar het is zeker niet hetzelfde als wat ik verloren heb, mijn persoonlijke ruimte.
Digitalisering geeft ons de indruk dat onze wereld zoveel ruimer geworden is terwijl het eigenlijk flink gekrompen is. We kijken niet meer om ons heen; we staren naar een scherm. We kennen vele belangrijke mensen in verre landen – benoemen de President van de USA met z’n voornaam – maar we weten niet wie onze buren eigenlijk zijn. We kijken naar dingen uit het verleden van de mensheid, maar we vergeten om nu en hier naar onszelf te kijken. We volgen instructies van vreemden over hoe we zouden moeten leven maar we vergeten om aan onszelf te vragen wat er nodig is. Digitalisatie is tot dusver het ultieme in ruimteverlies voor het individu, hetgeen geresulteerd heeft in het verlies van persoonlijke verantwoordelijkheid en een drastische afname in mogelijkheden voor zelf-voeding.
Ruimte is een handelsproduct geworden. De ruimte van het internet staat onder de controle van iemand die, op de ene of andere manier, daar ‘eigenaar’ van is. Jouw persoonlijke ruimte in de Cloud staat ook niet onder jouw controle. In feite word je daar enkel toegelaten, kan je die ruimte innemen, als iemand anders je daar toestemming voor geeft. En wat je daar opslaat is dus feitelijk openbaar goed en mits een beetje technologiekennis voor iedereen toegankelijk. Ruimte wordt voortdurend verhandeld, of het nu over reklameruimte gaat, of websiteruimte, of leefruimte. Door de controle over onze persoonlijke ruimte in handen te nemen krijg je opnieuw controle over jouw leven. Ruimte kost wel wat in deze tijd. En we betalen steeds meer voor steeds minder.
Mensen sterven bij gebrek aan leefruimte en in tegenstelling tot wat er algemeen geloofd wordt komt dat niet door een overpopulatie van de aarde. Dat komt omdat we onze persoonlijke ruimte hebben afgestaan onder vale voorwendsels. We zijn in de val gelopen en kruipen allemaal op een hoopje! Ouden van dagen in rusthuizen en verpleeghuizen, die in een doosje leven, overleven niet zo lang als hun leeftijdsgenoten die hun leven mogen beëindigen bij hun familie, in hun eigen ruimte. Er is meer dan genoeg ruimte op aarde, alleen niet op die plekken waar men de mensen op elkaar gestapeld heeft. De spanning stijgt wanneer men mensen samenhokt in een beperkte ruimte. Stel je voor dat ieder die vandaag in Brussel of Antwerpen woont zijn eigen ruimte terug krijgt. Stel je voor dat ze allemaal in een alleenstaand huis zouden wonen met een tuin. Ga je eens berekenen hoe de steden als leefgebieden dan zouden uitbreiden? Ik hoor het argument nu al dat er geen ruimte is om die mensen dat aan te bieden. En inderdaad, maar dat moet dan ook niet want als je de mensen op die manier gaat huisvesten dan zullen er velen zijn die daar niet langer willen wonen. Sommigen die in het centrum van de stad werken wonen dan misschien wel 60 of 70 kilometer verder weg! De bevolking zou dus over een veel groter gebied verspreid worden, eigenlijk mag je wel zeggen over het hele land. Individuen zullen niet langer uitkijken naar ‘gemakkelijke’ toegang of eenvoudig transport maar naar een persoonlijke ruimte dat hen op het lijf geschreven is. Zij zullen hun leven organiseren rond de ruimte waarin ze zich op hun gemak voelen, in tegenstelling tot proberen zich te schikken naar de ruimte die hen is toegewezen.
Als je de wurggreep van de overheden, die je dwingen om je eigen ruimte op te geven, wilt overleven dan is het essentieel dat jij al de middelen die jou ter beschikking staan aanwendt om het eigendomsrecht op je eigen ruimte te kunnen waar maken. Als jij de ruimte rondom je niet echt bezit dan zal het verhandeld worden door een maatschappij die gelooft dat ze de eigenaar is van alle ruimte, inclusief jouw persoonlijke ruimte.
Het meest essentiële in deze tijd is de zekerheid van de controle over je eigen ruimte. Op de eerste plaats mag je dat letterlijk nemen. Het zal heel moeilijk worden om een private, een persoonlijke, mentale ruimte te bewaren in de nabije toekomst want overheden kunnen dat eigenlijk niet langer toelaten. Als ze zich geen toegang kunnen verschaffen tot je persoonlijke ruimte dan kunnen ze er niet zeker van zijn dat ze controle over je hebben, over je geest en over je leven. Wees hiervoor op je hoede en onderneem stappen in de richting van het uitbouwen van je persoonlijke ruimte, in de richting van het vastleggen en beveiligen van je persoonlijke ruimte. Het is je biljet op weg naar overleving.
Mei 2021